Dag 31 – Abreschviller naar Col de l’Engin

Al 351 keer gelezen!

We gaan vandaag de Donon, die in Fraqueling uit zicht verdween, weer zien. Ons staat een wandeling te wachten met een dénivelee van 525 meter. We beginnen in Abreschviller om 08.25 uur. Na enkele meters al een bakker, waar we een versnapering voor onderweg aanschaffen. Vervolgens verdwijnen we na Lettenbach het bos in en beginnen te stijgen.

Tja, wat zal ik zeggen van het bos. Er waren bomen, eekhoorns, mieren, horzels en nog meer bomen. Dat duurde ettelijke kilometers, pauzes en diverse soorten wegen, paden en padjes. Bos dus. En zomaar opeens een ontmoeting met een Franse GR5-wandelaar, die in Oek van Ollande was begonnen. Na enig heen en weer gepraat begreep hij onze auto-wandel-fiets constructie en wenst ons een bon voyage. Dat was geheel wederzijds.

Na enige tijd kwamen we er achter, dat de Romeinen hier ook al geweest waren en dat was volgens deskundigen, die bordjes plaatsten, te zien aan verder voor ons niet herkenbare miliaar-stenen. OK, het was een steen en er zal aan gehakt zijn, want zo vierkant groeien ze niet in het wild, maar verder riep het alleen het besef op, dat er tweeduizend jaar geleden ook mensen over dit pad liepen. En dat is dan weer mooi meegenomen, denk ik dan. Ria had sowieso meer belangstelling voor vogelveren, dooie slakken en steentjes. Een miliaar-steen is overigens een steen waarmee de Romeinen aangaven, dat er duizend passen waren gelopen. Een soort hectometerpaaltje dus, maar dan anders. Mensen zijn erg voorspelbaar. Het deed mij wel even afvragen hoe lang een Romein eigenlijk was, want de afstand tussen twee miliaarstenen leek ons geen duizend passen. Maar, bedacht ik me, wat voegt het toe aan mijn leven te weten hoe lang tweeduizend jaar terug een Romein was. (Reacties worden wellicht niet beantwoord.)

En opeens was hij er weer, maar nu van dichtbij: De Donon! We gaan hem vandaag nog niet op, maar bewaren dat voor dag 32. Bij de Col de l’engin stonden onze fietsen en wij freewheelden naar Abreschviller. Op naar dag 32.