HP 10 Stokrooie – Zutendaal
Al 262 keer gelezen!
Aangezien ik rond Lanaken op de kaart geen goede bivakmogelijkheden zie en ik de prijs van een hotel te hoog vind verander ik mijn plan. (Achteraf waren er heel veel bivakmogelijkheden, vooral rond Smeermaas.) Ik ga proberen in twee dagen op de Pietersberg te komen. Er zijn nog zo’n 75 km te gaan (ik zat aan de Bolderbergse kant van Stokrooie) en als ik goed op de kaart kijk moeten de eerste paar kilometer na Zutendaal bivakplekjes kunnen opleveren. Vandaar zou ik in één keer Lanaken en Maastricht voorbij kunnen stiefelen. Dus vroeg uit de veren om te zien of ik ook 42 km kan overbruggen.
Om 05.15 uur sloop ik weg van het erf van mijn gastgezin om met een paar kilometer in het donker het gloren van de dageraad boven het Albertkanaal te kunnen meemaken. De wandeling van Stokrooie (dorp) langs de abdij van Herkenrode terug naar het Albertkanaal is in de ochtendmist fenomenaal! Ik hoop dat de foto’s gelukt zijn. Vriend Paulus mopperde nog even pedagogisch dat ik hem in hoofdstuk 10 nog niet aan het woord had gelaten, maar nam genoegen met een twee uur durende recapitulatie van zijn gedachtegangen tot en met hoofdstuk 9. “Als ik maar wel ….”, begon Paulus. ” Ja, Paulus, eerste pauze ben je aan het woord.” (Die eerste pauze liet echter 19 (!) km op zich wachten.) Na het Albertkanaal opnieuw te zijn overgestoken volgde opnieuw een prachtig wandelgebied behalve het laatste stukje naar Kiewit. Ik ben echt niemand tegen gekomen.
Van Kiewit een natuurwandeling naar Bokrijk waar ik eindelijk (vond Paulus) pauze hield. En natuurlijk las ik hoofdstuk 10. Beloofd is beloofd. Het is de rest van de tocht ook niet uit ons gesprek geweest, dus de apostel kan tevreden zijn.
Na Bokrijk eerst weer een raadsel voor mijn schippersvriend door een foto te sturen van het sluizencomplex van Diepenbeek. Hij kon het niet thuisbrengen maar was dan ook aan het kanoën in Giethoorn. Vanaf die sluizen volgt weer mooie natuur, hoewel erg kleinschalig. Bij “heide” denk ik toch meer aan groot en stil en niet aan de achtergrond van huizen en het geraas van een snelweg.
Bij de slagmolen van Termien dook ik een bruin café in en werd begroet met de vraag of mijn vrouw me er had uitgezet? Het leverde en hilarisch ping-pong spel van woorden op waar zelfs de Hollanders die voor de deur het riool aan het reinigen waren niet aan ontkwamen. Volgens deze Vlamingen (na weet ik hoeveel alcohol om goed 12.00 uur) lozen alle Hollanders het riool op zee, maar is de zee voor de Vlaming te ver dus komen de Hollanders het ontstoppen. Volg je het nog? Na dit interessante gesprek pakte ik mijn rugzak en zij de auto en we vertrokken. Ik in ieder geval in de richting van mijn vrouw.
Vanaf Termien ben ik in één streek over Langerlo doorgelopen naar de Lourdesgrot bij Wiemesmeer. Wat was ik blij daar te zijn! Niet vanwege die grot of Maria, maar omdat het een lange pauze mocht zijn in mijn wandelschema. Ik belandde naast een Belg op een bankje die me vertelde van zijn genezing van kanker en hoe hij om daarvoor te danken elke week hier kwam. Een ontroerend verhaal, maar geen gesprek. Hij bleef maar doorpraten over Astana, de “Genk loopt” manifestatie en sterrenkijken. Toen mijn pauzetijd er op zat nam ik afscheid en Zette in voor de laatste vijf kilometers.
En ik had gelijk! Na Zutendorp zijn er geweldige bivakplekjes. Wel even de GR5-route verlaten. Ik mag in een schuur slapen naast de kippen. Geeft mooi de kans om een paar dingen te drogen. Spullen waren nog nat van de vorst van vorige nacht. De plunje had ik bevroren opgerold en de zon had voor dooi gezorgd, zodat nu de boel zeiknat was. Maar als je weet hoe je een rugzak moet inpakken heb je daar geen last van. Ik ben tevreden met mijn 42 km en ga nu koken.
Geef een reactie