Note to Self (I)
Al 77 keer gelezen!
Soms komt U zomaar mijn wereld binnen. Als een stem, een woord, een gedachte of een beeld. U zoekt contact. En het contact is goed, opbouwend, uitdagend, rustgevend en inspirerend, maar soms ook irriterend en remmend. We hebben hele gesprekken, maar vaak gaan we ook woordeloos samen. U overkomt me als ik in gesprek ben met anderen. Soms zegt U niets als ik denk het wel nodig te hebben. Ik leer te zwijgen in Uw zwijgen. Leven is bidden en bidden is leven.
Bij tijd en wijle heb ik de ruimte weer nodig, de hei of de bergen. Niet om U dichterbij of verder weg te weten. Merkwaardig genoeg is er nooit twijfel over Uw aanwezigheid. Nee, soms heb ik hei of bergen nodig om een paar treden dieper te gaan in overdenking. De drijvende vraag is steeds: Waarom kan ik U niet bewijzen aan de ander? Ik weet dat dat niet kan. U bent van een andere orde, die ons voelen en denken, onze emotie en onze ratio overstijgt. Wij zijn slechts een klein deel van wat U bent. Door de jaren heen heb ik geleerd, dat het voor U ook onmogelijk is om Uzelf te bewijzen in mensenwoorden, mensenbeelden en mensenervaringen. Niets voldoet om U in te vangen. Op de grens van mijn kennen woont het besef, dat alle mensen een flard van U hebben opgevangen en die flard trachten te consolideren tot hun god. Maar we doen niets anders dan onze beperktheid projecteren op onze contemporaine perceptie van U. En we slaan elkaar er ook nog wel eens om dood. Geestelijk en soms lichamelijk. De woorden van Jezus jagen nog steeds over de aarde: Heb uw vijanden lief! Wie lief heeft heeft God gezien!
Maar waarom laat U zich niet bewijzen? Waarom laat U niet toe, dat alle mensen een niet te ontkennen ervaring van U hebben? Als ik U die vraag stel krijg ik steevast uw tegenvraag: Zouden mensen daar gelukkiger van worden? Zou hun onvrijheid niet toenemen?
Is dan de ultieme vrijheid van de mens de wegcijferende liefde van een God, die zich laat ontkennen? Maar die vrijheid is dodelijk als die vrijheid niet wordt herkend als een gave van liefde. Het is voor mij niet lastig om nu meteen de koppeling te maken met de woorden van Jezus, die zegt, dat “hij zijn leven uit vrije wil neerlegt”. Maar voor de strevende mens is die God een slappeling, die niet strijdt, niet oordeelt en de gelovigen niet beloont met een naar mensenmaat zorgeloos leven. Anderzijds: In wie zouden mensen geloven als de beloning van dat geloof een zorgeloos leven zou zijn? De mensen zouden ten diepste blijven wie ze zijn: Op zichzelf en eigen gemak gerichte individualisten.
En dus is mijn zoeken en vinden steeds opnieuw een “note to Self”. Ik kan niet anders dan Wie ik vind of Hij, die mij vindt, steeds opnieuw in woorden of zwijgen, in daden of niets doen gestalte geven in het leven van de ander.
Tevreden glimlachend ruim ik mijn koffiespul op, hang mijn rugzak om en begin aan de volgende etappe.
Geef een reactie